Startpagina | verantwoording en mensen die hebben meegeholpen
U bevindt zich hier: Startpagina // Straten O - P // Orderparkweg

Sangers

Familiewapen Sangers

De familie Sangers komt oorspronkelijk uit Voorst en is uitgewaaierd naar Zutphen, Vaassen en Ugchelen. Op 9 september 1916 koopt Frederick Sangers een bestaande slagerij aan de Hattemseweg 35 in Ugchelen.
Klik op de onderstaande foto's voor een vergroting.

Samen met buurman (HTW 41) en slager T. Krans gaat hij verder en verhuizen zij w.s in 1919 naar het pand aan de Ugchelseweg 5. In 1924 krijgen zij van de gemeente toestemming voor het oprichten van een slachterijen rookerij.


In 1932 verlaat Sangers ,inmiddels met zoon Arie deze slagerij om in Apeldoorn aan de Orderparkweg een eigen slagerij te beginnen. Mej. A. Krans gaat dan alleen verder aan de Ugchelseweg. Gedurende de oorlogsjaren moest Arie regelmatig onderduiken i.v.m. de Razzia’s die er in Apeldoorn gehouden werden. Dat gebeurde gewoon boven in de schouw van de keuken.

Vanaf 1977 kwam kleinzoon Frits Sangers in de zaak , welke hij met zijn echtgenoot Jeannette runde. Het was een beroep waarin men lange dagen moest maken, Jeannette herinnert zich nog dat dagen van 06.00- 18.00 uur geen uitzondering waren. Samen met een 4 tal personeelsleden hebben zij de zaak 20 jaar met hart en ziel voortgezet. In de loop der jaren werd echter wel gezien dat bv toenemende concurrentie van o.a. supermarkten en de wens van de klant naar meer vernieuwing en verscheidenheid, het werk als slager steeds moeilijker maakte. I.p.v. alleen vlees werd er ook soep gemaakt en wat te denken van de nasi, bami, macaroni enz.

In de gekoelde toonbanken werd het vlees zo mooi mogelijk gepresenteerd om te klanten tot kopen aan te sporen. Ook aan de etalage werd de nodige aandacht geschonken om zodoende de klanten te verleiden om naar binnen te gaan. Er werden zelfs prijzen uitgerijkt voor wie de mooiste etalage had.

Inkoop vlees en slachten.
In de begin jaren werden de te slachten dieren ingekocht bij de plaatselijke boeren en veehandelaren en vervolgens zelf verwerkt. Vooral rond de Pasen, na de vastentijd, werden de dieren in de buurt getoond zodat men kon zien wat voor vlees men in de kuip had.
Later moesten de ongeveer 80 Apeldoornse slagers de dieren verplicht door het slachthuis laten slachten.

Foto: Ans Vd Velde